Het gebeurt niet vaak dat je iets overkomt waarvan je ter plekke weet; ‘dit is een fantastische anekdote!’ Zo een die je in de schoot geworpen krijgt en die nog jaren mee kan op feesten en partijen. Laatst had ik zo’n situatie; gênant en daardoor succes verzekerd:
Ik ben aan het daten met een ontzettend leuke jongen, tot hij me belt om te zeggen dat het hem wat te snel gaat en, voegt hij er ietwat beschaamd aan toe, mijn parfum schrikt hem af. In het begin viel het best mee, maar de laatste twee afspraakjes waren voor hem gedoemd te mislukken door de zoete lucht die mij omringde.
Amor, Amor heet die zoete lucht, een toepasselijke naam en speciaal aangeschaft voor de twee laatste afspraakjes omdat ik van mening was dat ik mij niet meer schaamteloos zonder een lekker parfummetje in de nabijheid van deze jongen kon begeven. Ik wilde specialer zijn dan een doorsnee ‘shampoo en zeep meisje’. Een gedachte om eeuwig spijt van te hebben (of ten minste een paar keer per jaar wanneer ik deze gênante anekdote beschaamd ten tonele breng op een verjaardag).
Het heeft me wel aan het denken gezet: de invloed van geur is onderschat. Patrick Suskind schreef er een boek over. Seriemoordenaar Grenouille wordt opgepakt en ter dood veroordeeld. Op het moment dat men hem wil doden ruikt men echter iets onvoorstelbaars. Grenouille heeft een door hemzelf ontwikkeld ‘superparfum’ op en als betoverd bekijkt men hem door andere ogen. Niet als misdadiger, zoals eerst, maar als een held. Grenouille wordt vrijgelaten en op het plein barst het feest los. Iedereen die hem ruikt wordt volslagen gek. Grenouille wordt door de menigte uit elkaar getrokken omdat iedereen iets van hem wil bezitten. Uiteindelijk eet men hem zelfs op.
Geur kan mensen op een magische manier aantrekken. Ik heb een vriendin die zelfs jaren nadat ze bij haar ex weg was nog haar hoofd omdraaide voor iedere man die hetzelfde rook als hij. Ze kon zijn geur en de heerlijke associaties die ze daarbij had niet uit haar hoofd zetten.
Omgekeerd werkt het helaas ook: Geur kan keihard afstoten. De penetrante lucht van rotte eieren die rond het station in mijn woonplaats hangt, maakt dat menig reiziger kokhalzend uit de trein stapt. In de 17e en 18e eeuw verdubbelde het parfumgebruik om vieze geuren te verdrijven. Maar wat doe je als het parfum zelf aanstootgevend is? Bestrijden met een ander parfum?
In de enige nachtmis die ik ooit in mijn leven heb bijgewoond in mijn grootmoeders kerk zat ik achter een chique, Haagse dame met een verschrikkelijk parfum. De zoete, weeïge geur was rijkelijk in haar hals gesprenkeld en iedere keer dat ik mijn mond opende om ‘In Excelsis Deo’ te zingen werden mijn longen verlamd door de agressieve parfumdeeltjes die binnendrongen. De overdadige, bloemige lucht die ik noodgedwongen inademde maakte me langzaam zelf weeïg en misselijk en mijn enige associatie met deze nachtmis is dan ook dat het stonk in de kerk.
Hoewel ik mijn eigen smaak voor parfum hoger had ingeschat, blijkt dat ook ik slachtoffer kan worden van de zintuiglijke instelling van mijn omgeving. Conny Palmen beschrijft in ‘Geheel de Uwe’ treffend hoe iemand zich van zijn omgeving kan afsnijden door zich te willen onderscheiden. Door voor deze jongen een parfum te dragen waarmee ik mijzelf wilde onderscheiden van een reeks andere meisjes heb ik mijzelf van hem afgesneden. Iedere vorm van intimiteit ging voor hem gepaard met een vervelende lucht, waardoor de goedbedoelde geur een haast fysieke barrière vormde. Een fleurige muur werd tussen ons opgetrokken, een bloemetjesgordijn gesloten.
In het Romeinse Keizerrijk verbood Julius Caesar het gebruik van exotische parfums. Wellicht wat extreem. Maar deze maatregel had wel kunnen voorkomen wat mij overkwam met deze jongen. Een nieuwe verjaardagsanekdote is altijd welkom, maar de prijs die ik ervoor moest betalen was erg hoog.
Mijn nieuwe, dure parfummetje? Ik denk dat mijn prullenbak fleurig zal ruiken!
Bo Carter - What Kind Of Scent Is This? ***
Sparks - Perfume ***
The Pretenders - Hollywood Perfume ***
Uw reacties